Dirigenten- en organistendag 2017: het materiaal

Onder de titel ‘Waar haal je het vandaan’, gaven we tijdens onze dirigenten- en organistendag op 7 oktober 2017 een aantal suggesties voor uw repertoire. Hier volgen er enkele:

Frans Bullens, Eer aan God
Download koorpartituur
De volledige partituur is voor € 2 te verkrijgen bij f.bullens@hetnet.nl

De verzamelde liturgische gezangen van Henk Jongerius, een uitgave van Gooi en Sticht
Een toelichting en een inhoudsopgave vindt u hier.

Enkele voorbeelden:

  • Gij die naar ons hebt omgezien (hymne) – Voorbeeld
  • Litanie uit liturgie voor de adventstijd (A. Gouzes) – Voorbeeld
  • Onbekend, dag en tijd (uit: Jaargetijden – 25 schriftliederen – Advent) – Voorbeeld

Selectie uit Continuo en het Gregoriusblad

  • Het ene brood (Communiezang voor SAB-koor en orgel, J. Vermulst) – Voorbeeld
  • Wees gegroet Maria (voor twee gelijke stemmen of driestemmig gemengd koor, J. Vermulst) – Voorbeeld
  • Al zwijgen wij (SAB koor, bew. R. Bot) – Voorbeeld

Uit de Choral Public Domain Library

Drie missen van Frans Bullens

Ter gelegenheid van het jubileum van de Quirinuscantorij schreef Frans Bullens de Missa in honorem Sancti Quirini: een mis voor vierstemmig koor en orgel, niet te lang, goed zingbaar en fris klinkend. Hier een voorbeeld uit deze mis.[su_document url=”https://dclm-bisdombreda.nl/wp-content/uploads/2017/08/Sanctus_-_Quirinusmis_-_gedeelte_-_part_-_pdf2.pdf”]

De prijs is slechts € 8,- voor de partituur en € 1,- voor de koorpartituur.
Te bestellen bij:

Efbe-music
p.a. Gaarde 90
5103 ED Dongen
telefoon: 0162 321604
e-mail: f.bullens@hetnet.nl

Twee andere recente missen van zijn hand:
Missa in honorem Sancti Amandi (de Amandusmis, voor vierstemmig gemengd koor, fluit, klarinet, trompet, fagot, piano (harp) en orgel) (ook verschenen voor piano (harp) en orgel)

Missa in Assumptione Beatae Mariae Virginis. (voor twee-, drie of vierstemmig gemengd koor met orgel).

Te bestellen op hetzelfde adres.

Zangdag 2017

Twee- en driestemmige missen voor eucharistievieringen en uitvaarten: dat was het thema van de zangdag van 11 maart 2017. Hierbij de gegevens van twee missen die tijdens deze dag werden gepresenteerd:

De Hubertusmis van Frank van Nimwegen

Gecomponeerd in 2014 en opgedragen aan bisschop Hubertus Ernst. Verkrijgbaar bij uitgeverij Intrada

Bekijk een voorbeeld van de mis:
Gloria
Agnus Dei

Missa in Assumptione Beatae Mariae Virginis van Emmanuel Francinsky

Verkrijgbaar vis Efbe Music:
Efbe-music
p.a. Gaarde 90
5103 ED Dongen
telefoon: 0162 321604
f.bullens@hetnet.nl

Verslag Contactdag Zeeland 2016

Zaterdag 12 november werd voor de twintigste keer de Contactdag Zeeland gehouden. We waren te gast in de heilige Willibrordusbasiliek in Hulst. Eén van de vier kerken in ons bisdom met een heilige deur, dit naar aanleiding van het Bijzonder heilig Jaar van Barmhartigheid. Aansluitend bij dit heilige jaar had de zangdag als thema: ‘Zingen van Barmhartigheid’. Aan de zangdag verleenden Jan Schuurmans, verantwoordelijke voor kerkmuziek in het bisdom Breda en dirigent van de Kathedrale Cantorij, Marcel Mangnus, organist in de heilige Willibrordusbasiliek en adviseur van Koorkring Zeeuws-Vlaanderen en Wiel Hacking pastoraal werker in de heilige Pater Damiaanparochie.

Op het programma stonden liederen over gerechtigheid, bekering en genade. Tussen de zang gaf Wiel Hacking uitleg over het Jaar van Barmhartigheid en over barmhartigheid in ons leven.
Zijn lezing is in twee aflevering verschenen op het webblog Ondersteboven.

Gedachten bij een lied: Christus is opgestaan

In de liedbundel van onze lagere school stond boven ’Christus is opgestanden’ de mededeling Ootmarsum 12de eeuw. Daar was ik best een beetje trots op. Zo van: Goh, toen al Nederlandse liederen!

Maar het is gegaan als met onze Laurens Janszoon Koster. Uiteindelijk bleek Gutenberg de echte uitvinder te zijn.

Zo ook bij het paaslied, waarover ik vandaag iets wil vertellen. Ook hier ligt de oorsprong niet in ons eigen landje, maar in de regio Beieren. Wel blijft overeind staan dat wij dit gezang al heel vroeg in onze cultuur hebben opgenomen.

Jubilate 25, 1 (januari 1992)

Th. Klaus

Een stukje verleden

Het paaslied ‘Christ ist erstanden’ hoort thuis bij de paassequentia Victimae Paschali laudes. Het is van oorsprong geen uitgebreid strofenlied, zoals wij het nu kennen, maar veeleer een soort acclamatie, een feestelijke paasroep.

De oudste vorm van het lied kende namelijk maar een enkel couplet met als afsluiting Kyrie Eleison. Dat ene couplet diende als refrein. Het kerkvolk gaf daarmee in zijn eigen taal antwoord op het door de clerus in het Latijn gezongen Victimae.

Naast de afsluiting met Kyrie eleison komen we de afsluiting met Alleluia tegen. Niet zo vreemd gezien de tijd en de plaats van het gezang, namelijk in de paastijd en vlak voor de verkondiging van het Evangelie.

NB. U ziet, dat er ook toen al plaats was ingeruimd voor de zang van het kerkvolk. En niet zo maar als een randgebeuren, maar als wezenlijk onderdeel, als een beaming op hetgeen er zo juist gezongen was.

De tekst

Het is in de loop der jaren niet bij het ene couplet gebleven. Al spoedig kreeg men behoefte aan meerdere coupletten. Men wilde al zingende meerdere gedachten kwijt. Dat verschijnsel is geen zeldzaamheid. Mag ik u in dit verband nog even herinneren aan ons vorig lied (Jubilate 1991 nr. 3) met, op een bepaald moment, zelfs 25 coupletten. Op die manier ontstonden er allerlei versies.

Ook in onze hedendaagse bundels komen we allerlei tekst-versies tegen, waarbij we in het algemeen het volgende onderscheid kunnen maken. We zien teksten, die vrij letterlijk teruggaan op de oorspronkelijke versie en we krijgen te maken met teksten die een nieuwe herdichting rond het paasmysterie geven. Als voorbeelden noem ik:

Liedboek voor de kerken
Christus is opgestanden
al uit der moordenaars handen.
Dus willen wij allen vrolijk zijn,
Christus zal onze trooster zijn.
Kyrieleis.

Al zijn wij Gods gevangen,
naar Christus is ons verlangen.
Het kruis dat moeten wij dragen,
zullen wij Christus behagen,
Kyrieleis.

Christus heefl geleden,
Hij heeft voor ons gestreden,
de vijand is verwonnen,
de dood heeft Hij verslonden.
Kyrieleis.

Christus is nedergestegen,
Hij heeft victorie verkregen.
Hij is ons allen een Medicijn,
Christus zal onze Verlosser zijn.
Kyrieleis.

Christus is nu verrezen,
dus willen wij vrolijk wezen.
De dood heeft verloren haren naam
Christus verlost ons al te saam.
Kyrieleis.

Gezangen voor Liturgie
Christus is opgestaan,
leeg is het graf, Hij leeft voortaan.
In dat bittere tweegevecht Sloeg Hij de dood, wij zijn terecht.
Hallelujah.

Christus komt uit de nacht,
licht en vrede ons gebracht.
Maar nog is oorlog om ons heen,
liet Hij ons toch weer dood alleen?
Hallelujah.

Heer, ons geloof bezwijkt
als Gij ooit uit ons midden wijkt.
‘Zie, lk ben en lk blijf met U,
heilige geestkracht geef ik u.’
Hallelujah.

Leg ons de schriften uit.
Toon ons toch aan dat Gij het zijt!
Voer ons binnen het groot geheim
dat Gij een lijdende mens moest zijn.
Hallelujah.

Mijn Heer, mijn God zijt Gij.
Daarom, Christus, gedenken wij
uw verrijzenis uit het dood,
hier in het breken van het brood.
Hallelujah.

Zou men in de praktijk het lied willen laten samengaan met het Victimae paschali, dan zou men zich kunnen beperken tot couplet 1 en couplet 5 om daarna af te sluiten met het Alleluia.

Nogmaals een stukje verleden

Het lied is zo bekend en populair geweest, dat er ook buiten de liturgie te pas en te onpas teksten op werden gemaakt.

In 1506 redt graaf Edsard I van Oostfriesland de stad Groningen uit de handen van Vyth van Drachsdorf, bevelhebber van de hertog van Saksen. Als de graaf de stad binnentrekt, luiden de klokken en zingt men:

Christus is upgestande,
Herr Vyth moet nu uth dissen lande,
des willen wij alle froh syn
Grave Edsard wil onze troost syn.
Kyrie eleison.

En bij het beleg van Haarlem in 1573 werd er door soldaten, die in dienst van Spanje vochten, gezongen:

Christus is opgestanden
te Haarlem is een buit voorhanden,
des willen wij allegader vrolijk zijn
morgen zal de stad ons eigen zijn.
Kyrielyson.

De melodie

Zoals ik al vermeld heb, is ‘Christus is opgestanden’ oudtijds ontstaan als een soort antwoord, als een soort refrein bij het Victimae. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de melodieën een herkenbare verwantschap vertonen. Dat de componist zich door het notenmateriaal van de sequentia heeft laten inspireren, blijkt heel duidelijk, wanneer u de hoofdnoten van de laatste regels van het Victimae vergelijkt met de hoofdnoten van ons lied.christus_is_opgestaan-1

Gaan we de opbouw van onze melodie nader bekijken, dan onderscheiden we een hoofdmelodie en een refreinmelodie.christus_is_opgestaan-2

De hoofdmelodie zet in op de kwint (dominant) en heeft een prachtige accentuering (c-d) op het voornaamste woord. In de tweede regel ontspant de melodie zich en daalt zeer beheerst naar het rustpunt op de tonica (grondtoon).

In de derde regel zit wel een stijging, maar slechts tot de dominant. Met hetzelfde notenmateriaal als in de tweede regel keren we terug naar een bijna rust, want met de laatste noot van regel vier koppelen we Kyrie of Alleluia er aan vast.

De alleluia-melodie gaat terug naar het begin van de hoofdmelodie en blijft zich dan uitzingen rond de tonen: a-c-d
een trapje lager: c-a-f
nog een trapje lager: a-f-d

Uitvoering

Zing het lied pittig. Maak reeds van de inzet een feest en laat het niet verslappen. Houd een fris tempo aan. Een taak voor de dirigent!!! Geef leiding aan de gemeentezang. Laat ze niet aan hun lot over. Sla geen mooie, nietszeggende krullen, maar gebruik een duidelijke, niet mis te verstane dirigeertaal. Ga maar eens voor een spiegel staan. En wat voor een pracht kans voor de organist om daarbij behulpzaam te zijn. Anders gezegd: neem bij het voorspel meteen het juiste tempo, anders sticht men verwarring.

Begeleidingen

Bij Gooi en Sticht te Hilversum zijn de volgende begeleidingen verschenen:

  • Onder nummer OB–28 een orgelzetting door Bernard Huijbers.
  • In de bundel orgelbegeleidingen bij de Parochiebundel vindt u onder no. 138 een zetting van Edward Stam.
  • In de bundel ‘Eenvoudige voorspelen en begeleidingen bij vijf en twintig veelgezongen melodieën‘ treft u een voorspel (kort) en een orgelzetting aan van de hand van Maurice Pirenne.

Bij uitgeverij Annie Bank tenslotte:

  • In de bundel Zang en Tegenzang onder T 156 een begeleiding van Jan Mirck.

Zettingen

In de zo juist genoemde uitgave Zang en Tegenzang:
– T 157 een zetting voor S-A+orgel van Jan Mirck.
– T 158 een zetting voor C-T of A-B a capeIIa van Jan Mirck.
– T 159 een zetting voor S-A-T-B a capella van Jan Mirck.

Tenslotte nog dit. In het Cantorijboek I, uitgave no. 102 van ‘Centrum voor de protestantse kerkzang’ treffen we onder no. 14 een heel merkwaardige homofone zetting aan getoonzet door Jan van der Biezen.christus_is_opgestaan-3

Zoals u ziet, bestaat deze zetting uit een Cantus firmus met 2 bovenstemmen en 3 onderstemmen.

Jan van der Biezen geeft er deze aanwijzingen bij.

‘Deze cantorijzetting is op drie manieren uitvoerbaar.
1. De Cantus firmus met de bovenstemmen.
2. De Cantus firmus met de onderstemmen.
3. Alle stemmen.’

Dit cantorijboek is getekend en gedrukt door scriptorium Annie Bank. Ik kocht het een twintigtal jaren geleden bij Algemene Muziekhandel W. Alphenaar Kruisweg 49 te Haarlem voor de prijs van ƒ 2,15. Dat weet ik, omdat de prijs ook op de titelbladzijde staat ingetekend. TH. KLAUS

Zaterdag 18 april 2015

Viering 95-jarig bestaan Koorkring Gilze

19:00 uur, Onze-Lieve-Vrouw van Bijstandkerk Baarle-Nassau. Eucharistieviering ter gelegenheid van het 95-jarig bestaan Koorkring Gilze. Hoofdcelebrant bisschop J. Liesen.

Bewust zingen 4

Verschenen in Jubilate 18,3 (september 1985)

Zr. Leonie Schoenmakers

Als ik aan m’n bureau ga zitten om voor Jubilate het vierde deel van de rubriek ‘Bewust zingen’ te schrijven, zijn de indrukken van het Festival van Vlaanderen (Brugge) nog kersvers. Elk jaar ontmoet je ze weer de beroemde Engelse koren. De oversteek Engeland – België lijkt ’n ‘boottochtje’. De Engelsen zijn er kind aan huis. Zo hoorde ik maandag 29 juli in de St. Jacobskerk het Christ Church Cathedral Choir Oxford. Ademloos wordt er geluisterd naar Prinsen van de muziek zoals: Lassus, Tallis, Scarlatti. Het stemgeluid verdient elke superlatief.

En nu: vanuit ‘hoger’ sferen naar ‘Bewust zingen’. De link laat ik u leggen.

In ’t meinummer van dit jaar startten we met ’t onderwerp Resonans. Ik neem u weer graag mee op oefen- en speurtocht.

Om het begrip resonantie bij u nog wat te verduidelijken, ’t volgende:

  • Tuning-forkNeem een stemvork en sla die aan. De trillende staaf (hier in gebogen vorm) brengt ’n toon voort.
  • Herhaal, maar zet nu de stemvork op ’n tafelblad; dit wordt gedwongen mee te trillen, de toon wordt versterkt.
  • Herhaal de twee handelingen ná elkaar en bemerk het verschil.
  • Sla de stemvork nog ’ns aan en zet deze tegen ’t oor, daarna op ’t hoofd. De lucht in de verschillende holten neemt de trilling over en versterkt deze (als u de verkeerde kant van de stemvork tegen ’t oor zet, wordt de trilling uitgedoofd, probeer maar).
  • Blijf de resonantie-oefeningen op pagina 9 van ’t meinummer trouw en ga dan verder met resonans op te wekken in het aanzetstuk (dit is een verzamelnaam voor alle holten die boven de stemlippen liggen). Hier komen enkele oefeningen:

A Resonansoefeningen op wisselende toonhoogte

Scan-141230-0001 v: ademhalen N.B. De oefening ook terug doen!

  • Zeer zacht oefenen (a.h.w. ‘blazen’. Let op de n). – Zorg dat de toon hoog genomen wordt (↓) met de richting naar de ogen.
  • Tongpunt? Tegen de ondertanden.
  • Niet duwen met de adem.
  • Strakke toongeving (dus niet zo:
    Scan-141230-0002
  • Herhaal de oefening ’n halve toon hoger (grens voor de hoogste toon is C2).

B Nu komt de derde resonansopwekker aan de beurt n.l. de ngScan-141230-0003

  • Zing eerst op de aangegeven toon:zang.
  • Houd de ng aan en zing hierop verder.
  • Idem op pong en ring.
  • De laatste oefening: hier heeft elke toon een ander woordje.
  • Denk er aan eerst bewust, rustig adem nemen.N.B. Mooi is die massale klank niet, maar wel een goede resonans-opwekker!

Stemoefening aan de hand van een gegeven melodie.

Scan-141230-0004Herinnert u zich deze canon nog van de laatste kontaktdag? Naar mijn smaak een mooie, gedragen melodie, dankzij de vele secundegangen. De naam Tallis komt in dit artikel nog een keer voor.

  • Zing de melodie op duu, zacht, niet duwen met de adem.
  • Hetzelfde maar nu op pom. Licht afzetten met de p en de m even doorlaten resoneren. Mooi legato zingen.
  • De melodie op nie zingen. Na ’t ademteken (v) wisselen op noo, noe en nuu.
  • Lees de tekst in ’t gegeven ritme.
  • Fluister de tekst.
  • Zing nu ’t lied op 2 verschillende begintonen. Het oude spreekwoord oefening baart kunst doet ’t nog steeds… Werk ze!

Afbeelding: By Helihark (Own work) [CC BY-SA 3.0 (http://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0)], via Wikimedia Commons

De rol van de organist in de huidige liturgie

Verschenen in Jubilate 17,1 (16,4), januari 1984

door Flip Veldmans

Het orgelspel is als een boom met vele takken, ontsproten uit de gezongen liturgie. Eerst in dienst van het gezongen woord, later ook als omspeling van dit woord. Hierin schuilt de opdracht die aan de organist is weggelegd. Een opdracht die veel verder gaat dan alleen maar ‘een misje’ spelen. Het organistschap is een ‘levenshouding’ geworden, waar de liturgie van vandaag in al zijn facetten onmogelijk zonder kan.

De soort en stijl van de liturgische muziek, de inhoud, vorm en kleur komen eerst langs de vingers van de organist, nog voor het koor of de zingende gemeenschap de mond opent voor een lied. Daarna komt pas het moment dat hij terugkeert naar zijn oudste bestemming: het koor of de gemeenschap te ondersteunen in hun contact met God via het lied. Elders nog neemt het orgel de ‘stem’ van de gemeenschap over wanneer zoals Frits Mehrtens eens zei het woord ‘op’ is. Hier treedt het orgel op als verlengde van de stem des volks.

Geen enkel instrument kan al deze liturgische opdrachten zo goed vervullen als het orgel. Ook al omdat al deze opdrachten gedacht zijn vanuit de gemeenschapszang waaraan het orgel zijn oorsprong te danken heeft. Daarom ook is het orgelspel meer liturgie naarmate het in functie staat van de grote parochiegemeenschap.

Hoe was de situatie voor Vaticanum ll

Het orgelspel was voor het Tweede Vaticaans Concilie in dienst van de priester. Aldus stond het omschreven: ‘in de kerken weerklinke slechts die orgelmuziek, die aan de verhevenheid van de plaats beantwoordt en vervuld is van de heiligheid der plechtigheden’. De organist had de volgende taken:

  1. De luister van de eredienst te verhogen door stemming en sfeer te scheppen.
  2. De zang te ondersteunen. Het orgelspel was hier slechts ‘aankleding’ van de liturgie. Vandaag hoort het niet meer ‘bij’ de liturgie maar IS het liturgie. Of anders gezegd: het krijgt kans liturgie te worden, het geeft aan het Woord een nieuwe kracht. Het is een versterking van het Woord geworden.

Het resultaat van de pastorale taak die het orgel reeds eeuwen heeft vervuld: de mensen voor te bereiden op ‘verhoogde toon’ op het gezongen Woord is enorm uitgebreid van de meest moeilijke koraal-voorspelen tot een massa eenvoudige en toch verantwoorde orgelpreludes. Gemakkelijk uit te voeren door de organist, gemakkelijk mee te volgen door de luisterende gemeenschap.

Bijvoorbeeld ‘Die Orgel im Kirchenjahr’. 7 delen (Advent, Kerstmis, Veertigdagentijd, Paastijd en Pinksteren). Uitgegeven bij CRON, Luzern. Het zijn voor- en naspelen op bekende liederen. Betrekkelijk gemakkelijke stukjes in een laat-romantische en vroegmoderne stijl.

Sterk aan te bevelen zijn korte voorspelen die ingebouwd kunnen Worden in de liturgie. De 2 banden ‘Orgelspiel im Kirchenjahr’ komen hiervoor zeker in aanmerking. Deze banden bevatten 62 zeer gemakkelijke en korte koraa|voorspelen van Oude Meesters voor orgel zonder pedaal. Uitgegeven Schott, Mainz.

Denk ook eens aan de vierstemmige koraalzettingen van J.S. Bach. In de Breitkopfuitgave staan er 389, dus voldoende keuze. Een aantal staan eveneens in de Bärenreiter-uitgave van Bachs Orgelbüchlein, steeds voorafgaand aan de wat moeilijker koraalvoorspelen. Het praktische van deze band is de rangschikking van de koralen naar het liturgisch jaar. Herhaal gerust de zetting enige malen, steeds met wisselende registratie, indien mogelijk vanuit het karakter van de tekst.

Ter illustratie voor de veertigdagentijd het koraal:

De rol van de organist 1

Ook de koralen uit de Johannes en Matthäus-Passion zijn erg geschikt in deze periode te spelen. Probeer maar eens het schitterende slotkoraal uit de Johannes-Passion:

De rol van de organist 2

Wat betreft de speeltechniek nog enkele opmerkingen. De eerste mogelijkheid is de zetting manualiter te spelen. Speel basnoten die wat moeilijk liggen door grote omvang gerust op het pedaal, waarbij het pedaal aangehangen moet zijn aan het klavier waarop men speelt, neem in dit geval dus geen zelfstandige stemmen op het pedaal. Soms is het gemakkelijker tenornoten in de rechterhand te spelen i.p.v. links; u speelt dan rechts drie noten en links één noot (in beide koralen bijv. het eerste accoord). Dit geldt ook – zij het in mindere mate – soms voor altnoten, die dan met de linkerhand gespeeld kunnen worden. Een andere mogelijkheid is de héle baspartij op het pedaal te spelen met zelfstandige stemmen 16’ en 8’, eventueel nog gekoppeld aan het klavier. Doe dit alleen wanneer u het pedaalspel goed beheerst en zoek een goede voetzetting uit.

Uit de orgelhoek: muziek voor kerstmis

Verschenen in Jubilate 16, 3 (september 1983)

door Flip Veldmans

Met het oog op de Kersttijd volgt hier een opsomming van enkele orgelboeken met gemakkelijke kerstmuziek. Allereerst het boekje Weihnachtliche Orgelmusik der Barockzeit (uitgave Anton Böhm) met werkjes van Muffat (1653–1704) en Estendorffer (1670–1711); na een thema volgen steeds een aantal variaties. Ter illustratie is hier het begin van ‘Der Tag, der ist so freudenreich’ afgedrukt:

Scan-141024-0002

Denk in dit verband ook eens aan de prachtige ricercare over dezelfde hymne van de al eerder besproken bundel ‘Ariadne Musica’ van Johann Fischer. Een verzamelbandje met werken van Buttstedt, Kauffmann, Walther en Zachow is door Bärenreiter onder nummer 826 uitgegeven. Het heet ‘Alte Weihnachtsmusik für Klavier’. Als voorbeeld ‘In dulci jubilo’, let op de melodie in de middenstem met imitaties in de sopraan:

Scan-141024-0003

We maken een overstapje naar Frankrijk waar een schat aan kerstmuziek -te vinden is, speelse muziek gecomponeerd vanuit de vele registratiemogelijkheden die het klassieke Franse orgel biedt. De Noëls van Nicolas Lebèque (1631–1702) zijn uitgegeven in de serie Orgue et Liturgie (nr. 16) van Schola Cantorum. Hieruit ‘Puer nobis nascitur’:

Scan-141024-0004

Jean François Dandrieu (1682–1738), vanaf 1721 verbonden aan de Chapel Royal te Parijs, schreef eveneens een aantal Noëls, deze zijn in 4 deeltjes uitgegeven in de serie l’organiste liturgique van Schola Cantorum. Uit deel 3 een gedeelte van ‘Noel cette Journée’:

Scan-141024-0005

In dezelfde serie zijn in die delen de Noëls van Claude Balbastre (1729–1799) verschenen, ze zijn thans ook in de goedkopere Kalmus Organ Series (nr. 3116) verkrijgbaar, het notenbeeld is van beide uitgaven hetzelfde. Hieruit ter illustratie een gedeelte over het bekende kerstliedje ‘Midden in de winternacht’, na het thema volgen een aantal variaties:

Scan-141024-0006

Met opzet heb ik niet gesproken over de bekende Noëls van Daquin. Deze zijn technisch lastig en alleen geschikt voor de meer geoefende organisten. Van harte aanbevolen en veel speelplezier!

In Honorem Sancti Nicolai

Op donderdag 28 november 2013 geeft de Schola Cantorum Oosterhout een concert ‘In Honorem Sancti Nicolaï’, Het concert begint om 20.00 uur en vindt plaats in de Mariakerk, Wilhelminalaan 63 in Oosterhout.

Entree is 7,50 euro en kaarten zijn te bestellen via info@scholacantorumoosterhout.nl.
Schola Cantorum Oosterhout staat onder leiding van Rudi Oomen. Regie en vormgeving is van Walther Halters.

Het programma, waarin de Schola Sint Nicolaas bezingt, is verrassend samengesteld en zou zich zomaar op een zondag in de Middeleeuwen afgespeeld kunnen hebben. ’s Morgens na de hoogmis een liturgisch spel, na of misschien wel onder het middagmaal een aantal liederen en afsluitend de vespers.

Filius Getronis
Het liturgisch spel dateert uit de twaalfde eeuw en is afkomstig uit het klooster van Saint-Benoit sur Loire in Fleury (F). Op dit moment bevindt het handschrift zich in de Bibliothèque Municipale van Orléans.
Het handschrift is gereconstrueerd door Anthony Zielhorst.

Het spel kent een rolverdeling, opmerkingen over het decor en emoties van de spelers.

In opdracht van koning Marmorinus ontvoeren zijn dienaren de zoon van Getron. Sint Nicolaas zorgt er uiteindelijke voor dat de zoon weer met de vader en de moeder herenigd wordt.

De zang wordt begeleid door onder andere luit, draailier, fluiten en trom.

Drie liederen
De liederen voor bij de maaltijd kome uit ‘Sint-Nicolaasliederen’ van Henk van Benthem. Congaudentes exsultemus is het oudst bekende lied waarin Sint-Nicolaas bezongen; het handschrift dateert uit de elfde eeuw. Het verhaal van de redding van de matrozen op zee staat centraal; hun hulpgroep vormt het hoogtepunt.

Salve, pater et patrone
De melodie komt uit Frankrijk en is uit de elfde eeuw. De tekst is uit de buurt van Utrecht en is in de veertiende eeuw ontstaan.

Ad S. Nicolaum
is een populaire hymne uit 1614 waarin Sint Nicolaas uitbundig wordt bezongen.

Vespers voor het feest van Sint Nicolaas
De vespers zijn gereconstrueerd door Jerry Korsmit naar middeleeuwse manuscripten uit de Lage Landen, waaronder ms. NL/Uu 406 (Utrecht, 12e eeuw).