Van de liederen die gezongen worden tijdens een Eucharistieviering, heeft de communiezang letterlijk de oudste papieren. Er bestaan teksten uit de derde eeuw van hymnen die gezongen werden tijdens het naderen van de gelovige gemeenschap tot de tafel van de Heer. In de vierde eeuw werden op deze plaats in de viering al psalmen gezongen, waarbij allen het refrein meezongen. In een commentaar op psalm 34 wijst Augustinus erop dat deze psalm bij uitstek geschikt is om tijdens de communie te zingen, in het bijzonder vanwege de verzen 6 (“Nadert Hem en u zult vervuld worden van zijn licht”) en 9 (“Proeft en ziet hoe goed de Heer is”).
Adriaan van Roode
Oorspronkelijk verschenen in Jubilate mei 2007
Belangrijkste processie
We realiseren ons misschien te weinig dat tijdens de communie de belangrijkste processie van de gehele viering plaatsvindt. Bij de intocht gaat het om een processie van de voorganger met de assistenten; bij het aandragen van het evangelieboek onder het hallelujavers zijn alleen de voorganger en enkele acolieten betrokken en tijdens de offerande dragen enkele leden van de aanwezige gemeenschap de gaven naar het altaar.
Maar bij de communie komen alle gelovigen naar voren om de Heer te ontmoeten. Aan het eind van het Eucharistisch gebed hebben zij allen het ‘Amen’ uitgeroepen; ieder van hen herhaalt persoonlijk dit ‘Amen’ bij het ontvangen van de Eucharistie; alle gelovigen tezamen komen naar voren, datgene tegemoet wat zij willen worden: het Lichaam van Christus. Alle reden dus om bij dit belangrijke moment in de viering te zingen.
Gezangen tijdens de communie
Het Algemeen Statuut van het Romeins Missaal vermeldt drie functies van het gezang bij de communie:
1. “De geestelijke vereniging van de communicerenden door de eenheid van stemmen uit te drukken”;
2. “Te getuigen van de vreugde van het hart”;
3. “Het ‘gemeenschapskarakter’ van de processie bij het ontvangen van de Eucharistie beter in het licht te plaatsen”.
Om deze functies tot hun recht te laten komen, kunnen we zoeken naar gezangen waarbij ook het volk kan meezingen. Een strofisch lied tijdens het communiceren is onpraktisch, omdat iedereen dan een liturgieboekje of een zangbundel zou moeten meenemen. Meer voor de hand ligt een responsoriaal gezang, waarbij het koor of enkele zangers de verzen voorzingen. Het refrein kan door het hele volk worden meegezongen.
Het Abdijboek biedt een keur aan psalmtonen waarop het koor de verzen van geschikte psalmen gezongen kan zingen. Men is dan niet gebonden aan de – overigens zeer mooie – psalmvertaling van Gerhardt en Van der Zeyde, die in het Abdijboek wordt gebruikt. Ook de meer toegankelijke psalmvertaling van Bronkhorst, zoals die in het Getijdenboek staat, kan heel goed op die psalmtonen worden gezongen.
Een andere mogelijkheid is het zingen van antwoordpsalmen zoals deze vóór in de bundel Gezangen voor Liturgie staan. Zeer goed onder de communie zijn te zingen: GvL 23I, 34, 63II, 78 en 145I.
Voor Latijns gezongen vieringen wordt in het Graduale Romanum aangegeven welke psalmverzen gezongen kunnen worden bij de communio-antifoon. In het Graduale Simplex staat zelfs bij iedere communio-antifoon een psalm of kantiek afgedrukt.
Het eerdergenoemd Statuut geeft ook de mogelijkheid aan dat het koor een geschikt (meerstemmig) gezang laat horen. Als eerst in afwisseling met het volk gezongen is, komt zowel het volk als het koor voldoende aan bod.
Het is echt niet nodig dat onder de communie zonder onderbreking wordt gezongen. Bovendien dient het koor ook de gelegenheid te hebben ‘op gepaste wijze’ te communie te gaan. Goed gekozen en uitgevoerde instrumentale muziek kan een wezenlijke bijdrage leveren aan het scheppen van de juiste sfeer tijdens dit belangrijke moment van de viering.
Gezang na de communie
“Als de communie uitgereikt is, bidden priester en gelovigen eventueel enige tijd in stilte. Ook kan, als men hieraan de voorkeur geeft, heel de vergadering een psalm of een andere lofzang of een hymne zingen.”
Van de mogelijkheid tot het inlassen van een ogenblik van stilte wordt in de praktijk weinig gebruik gemaakt. Toch doen zo’n twee minuten stilte weldadig aan, zeker in deze tijd, nu het haast niet meer mogelijk is in het openbare leven een plaats te vinden waar het nog stil is!
In bovenstaand citaat uit het Statuut wordt eigenlijk een keuze voorgesteld tussen een ogenblik van stilte en een lied dat samen wordt gezongen. Er lijkt mij echter niets op tegen beide mogelijkheden te benutten door na een korte stilte of eventueel meditatief orgelspel, samen met het volk een communielied te zingen.
Nieuwe communieliederen zijn welkom als door het jarenlange gebruik van één bepaalde zangbundel de communieliederen daarin wat sleets beginnen te geraken. Iedere koordirigent dient zich daarom regelmatig op de hoogte te stellen van nieuwe uitgaven. Dat het de moeite loont om daarbij ook eens letterlijk over de grens te kijken, bewijst de vernieuwde uitgave van de bundel ‘Zingt Jubilate’ van de Interdiocesane Commissie voor Liturgische Zielzorg in Averbode, België. (ISBN 90-317-2252-9) Van de ruim tweehonderd psalmrefreinen die erin staan, bedoeld als keervers bij de antwoordpsalm, kunnen er vele ook uitstekend dienst doen tijdens de communie als refrein bij te zingen psalmen.