Verschenen in Jubilate 18,1 (januari 1985)
Zr. Leonie Schoenmakers
Eerlijk gezegd ben ik wat nieuwsgierig, niet zozeer naar degenen die gestart zijn met oefenen, maar naar het aantal zangers dat dagelijks nog bezig is. Toch ga ik lustig verder, al zou het maar voor ‘één rechtvaardige’ zijn.
Ik zoek even het laatste nummer van ‘Jubilate’ op, want vanaf pag. 22 gaan we samen verder.
Ontspanningsoefeningen.
Die houden we in ere want ze zijn voor een zanger kostbaar. Let wel: we breiden de zaak uit.
- Starten met de oefeningen uit dit artikel.
- De onderkaak als door eigen zwaarte laten vallen (denk dat aan de kin een gewicht hangt).
- ’t Hoofd naar voren laten vallen, de mond valt ontspannen open. (Stel u voor: ’n oud moedertje in haar leunstoel, dat over haar boek, al knikkebollend in slaap gevallen is. Een prachtig beeld van ontspanning.)
- Maak nu deze kaakvaloefeningen voor de spiegel.
- Beweeg de onderkaak slapjes zijw. heen en weer, tanden van elkaar. Dit afwisselen met ’t stilhouden v/d kaak.
- Herhaal de nieuwe serie 5x.
Ademhaling
Hebt u tijdens de ademoefeningen ervaren dat ’t inademen door de neus een groot volume lucht oplevert en tegelijkertijd de buikwand naar voren komt? (dit is een secundaire werking, daarover ‘n volgende keer meer.)
Tip: bij ‘t inademen door de neus is ’t niet voldoende de neusvleugels te verwijden, maar de Iucht wordt door de neus naar binnen gezogen. Als u hierop let, wordt de werking veel intensiever.
- Begin met de ademoefeningen te herhalen. Houding staande, duimen in de oksels van de armen, vingers gestrekt langs de ribben.
-
- Lucht inzuigen d.d. mond (lippen in oe-stand) uit d.d. neus.
- Inademen als bij 1. Uitademen = rustig uitblazen – geronde lippen.
- Inademen als bij 1. maar in gedachte ‘te||en’ (aantal optekenen) – uitzuchten.
- Inademen d.d. neus. Uitademen fijntjes tegen uw hand blazen, inwendig tellen (aantal optekenen).
U merkt hoe meer u de adem kunt beheersen, des te langer kunt u toe met de adem. Dat is voor een zanger belangrijk!
- Herhaal de nieuwe serie 5x.
Stemoefeningen aan de hand van een gegeven melodie.
Omdat we in het kerkelijk jaar op Kerstmis aanstevenen, koos ik voor u de prachtige vijftiende eeuwse melodie:
Er is een roos ontsprongen, genoteerd in de alla breve maat, waar de halve noot als teleenheid geldt. Ik ga er vanuit dat u de melodie kent.
- De melodie ritmisch zingen op doe. Lippen sterk ronden voor de oe. Let op: d lichtjes aantikken. Z0 ontstaat het legato of gebonden zingen. De ene doe niet loslaten, voordat de volgende begint.
- De melodie resoneren op de verbinding ng. Zing b.v. ’t woord zang, houd de neusklank aan en neurie de hele melodie zo. Nog ’ns maar dan beginnen op bes’
- Leg daarbij 2 vingers losjes tegen de neus en u voelt duidelijk de neusresonans.
- Let op: niet duwen met de adem.
- Alleen dáár ademen in ’t lied waar ’t mag!
- U moet terwijl u bezig bent, steeds met uw oor op uw stemgeluid liggen!
- Fluister nu de tekst van ’t lied in ’t juiste ritme (doe dit voor de spiegel en bekijk uw mondstand).
- Zing nu de melodie op tekst op de juiste toonhoogte.
Hierbij laat ik ’t voor dit keer. Werk ze.